Intern en extern milieu
Inwendige en uitwendige milieu
Verschil tussen je interne en externe milieu
Het uitwendige milieu (externe milieu) bestaat uit de omgeving die om het organisme heen zit. Ook de inhoud van het spijsverteringsstelsel en de inhoud van het ademhalingsstelsel horen hierbij.
Het inwendige milieu (interne milieu) bestaat uit bloed, lymfe, weefselvloeistof en het cytoplasma van de cellen.
Voedingsstoffen moeten geschikt worden gemaakt voor opname in het interne milieu, het lichaam. Bij dit transport naar het interne milieu speelt het maag/darmkanaal (het externe milieu) een grote rol.
Het filmpje laat zien wat het verschil is tussen het interne en externe milieu.
Via de tabbladen kom je bij de informatie over dit onderwerp m.b.t. het havo examen biologie.
O2.1.1 – Homeostase
Je moet kunnen beschrijven hoe longen, lever, nieren, huid, zenuwstelsel en hormoonstelsel bijdragen aan de homeostase bij de mens.
- Uitwendige milieu = de omgeving buiten een organisme. Hierbij horen ook de inhoud van het spijsverteringsstelsel en de inhoud van het ademhalingsstelsel
- Inwendige milieu = de omgeving binnen een organisme (bloed, lymfe, weefselvloeistof en cytoplasma van de cellen)
Bijbehorende BiNaS tabellen: –